Heb je soms ook het gevoel de enige te zijn die weet wat er zich in je hoofd afspeelt? De gedachten razen door je hersenpan, de bochten komen er razendsnel aan. Je bent niet vertrouwd met dit parcours en je vertrouwt de wagen waarin je zit niet volledig. De remmen doen het niet altijd even goed of doen het soms net té goed. De versnellingsbak hapert hier en daar, er rammelt vanalles en de achteruitkijkspiegel beslaat zodat je niet goed ziet wie voor of achter je aan komt. Je bent een Formule 1-piloot die snel moet schakelen, remmen voor de bochten, gas geven, kijken hoe de staat van de banden is, op tijd naar de pitstop gaan om te tanken.
En terwijl je dit alles doet en ondanks alles erg hard je best doet om naar een podiumplaats te rijden, schreeuwt de ploegleiding door je oortjes dat je nu niet mag opgeven. Nu moet je doorzetten en tonen waarom jij hun vertrouwen waard bent. Waarom zij geloven dat je dit kan. En je weet dat je dit kan. Je weet dat dit lood- en loodzwaar is, maar dat je de wedstrijd uit kan rijden zonder je wagen in de prak te rijden. En je schreeuwt terug naar de ploegleiding: “Laat me met rust. Laat me rijden, verdorie! Wat weten jullie ervan? Wie van jullie heeft dit ooit al gedaan?!”
Goed, genoeg scheve Formule 1-vergelijkingen. Ik weet weinig van autosport. Wat ik duidelijk probeer te maken is dat ik mezelf gelukkig prijs dat er een aantal mensen me keihard steunen om te herstellen. Dag in dag uit moedigen ze me aan om de juiste keuzes te maken. Want kiezen doe je zelf. Alleen. En dat maakt het zo lastig. Hoeveel mensen er ook zijn om je te helpen, uiteindelijk kies je alleen.
Enkele weken terug ging mijn vrouw naar een vorming rond het ondersteunen van mensen met een eetstoornis. De vorming ging door in Nederland, in het Leontienhuis. Voor wie dit niet kent, het Leontienhuis is een inloophuis waar mensen met een eetstoornis terecht kunnen voor een goed gesprek, een luisterend oor of om er gewoon een dag zonder al te veel zorgen door te brengen. Het is een plek waar men even de pauzeknop indrukken kan. We waren er nooit eerder, maar toen we de drempel overstapten, voelden we ons meteen thuis. Wat een warme plek is dat.
Ik was bloednerveus. De enige keer dat ik hiervoor lotgenoten ontmoette was tijdens de inspiratiedag van ANBN in oktober 2024. Toen sprak Leontien van Moorsel, de bezielster van het Leontienhuis, over hoe zij zelf anorexia kreeg en overwon tijdens haar carrière als profwielrenster. Dat vond ik zo’n inspirerend verhaal dat we de site van het Leontienhuis in de gaten bleven houden. En plots stond die vorming rond communicatie op hun agenda. Mijn vrouw schreef zich in. Ik ging mee. We mailden vooraf even of dat kon en dat was geen probleem. Mijn vrouw ging naar de ruimte waar de opleiding doorging en ik zette me aan tafel.
Ik schaam me soms te pletter. Dan lees je in de krant over de opkomst van eetstoornissen bij jonge meisjes en dan denk ik bij mezelf: “Hoe kan ik dit nu hebben? Ik ben een man van middelbare leeftijd. Doe eens normaal. Eet gewoon.” – het standaardadvies dat je hoort uit ieders mond die niet weet wat een eetstoornis is. Maar zo werkt het helaas niet. Mocht dat lukken, dan waren we niet ziek. Ik zeg bewust ziek, omdat ik meer en meer geloof dat het geen keuze was. Dit is me, om welke reden dan ook, overkomen. Ik heb een aanleg om een eetstoornis te ontwikkelen, net zoals andere mensen (en ik zelf misschien ook) genetisch een grotere kans hebben op het krijgen van een of andere kanker of een andere ziekte.
Ik kreeg al snel een kop koffie aangeboden en niet veel later was ik in gesprek met lotgenoten.
Dat deed zoveel deugd. Ervaren dat je niet de enige bent. Merken dat er nog mensen zijn die hetzelfde denken, voelen, doorleven. Zien dat er nog mensen met dezelfde dingen worstelen als jij. Vrijuit kunnen spreken over wat, hoe, waarom, wie en gewoon “Ja, exact. Ja, precies dat!” horen deed zoveel deugd.
Toen we ‘s avonds naar huis reden, waren we beiden enorm enthousiast. Mijn vrouw had een bijzonder interessante vorming gevolgd en ik had mijn hart kunnen luchten. Mijn geloof in herstel heeft een boost gekregen na de gesprekken met lotgenoten.
Ik heb me voorgenomen om te blijven communiceren met de ploegleiding (iedereen rondom mij die me steunt: mijn vrouw, dokter, diëtiste, vrienden en familie). Maar ik heb me voorgenomen om af en toe ook eens contact op te nemen met andere formule 1-piloten. Dan kan ik eens horen hoe zij de bochten aansnijden of de wagen afstellen om zo snel mogelijk over het parcours te racen.
De vrijwilligers van ANBN organiseren ook allerhande activiteiten om met lotgenoten in contact te komen. Op de website (https://anbn.be/bezoeken/) vond ik alvast een adres en tijdstip. Wie weet lopen we elkaar daar wel tegen het lijf. Ik zou het alvast erg fijn vinden om ervaringen te kunnen delen.


