Dit schreef ik in juni 2005, meer dan 20 jaar geleden ondertussen.

Eerst mezelf afvragen: ‘Vandaag wegen of niet wegen?’ Wat vaak (altijd?) uitmondde in wegen. En dan de verdere opbouw van de spanning: gaat er voldoende af zijn? Of misschien is er niets af? Of misschien zelfs bij? Stress die de hoogte ingaat. Misschien toch maar beter niet wegen? Maar het moét … van de eetstoornis. En dan die weegschaal op terwijl ik stilletjes fluister: ‘Laat er alsjeblieft iets af zijn.’ Ik had ook steeds een cijfer in mijn hoofd. Als het minder was, was er opluchting en kon ik de dag aan. Als het meer was, was mijn dag eraan en kwam er een golf van haat naar boven.

De eetstoornis is er nog, maar niet meer zoals toen. Daardoor is er meer ruimte, ruimte voor dingen die écht belangrijk zijn.

Liefs,

Heleen


Plaats een reactie