De afdeling Sint-Lodewijk is een afdeling waar ongeveer 30 patiënten met voornamelijk persoonlijkheidsproblematieken terechtkunnen. Voor de meesten is dit een crisisopname en zo goed als iedereen verblijft er residentieel. Het is de bedoeling om er enkele weken te blijven, maar bij sommigen is dat ook wel enkele maanden.

Daarnaast kan je op de afdeling ook terecht voor diagnostiek, wat mijn vraag was. Zelf snap ik niet altijd even goed waarom dit allebei op dezelfde afdeling is en dat maakte het voor mij ook een pak moeilijker. Ik schoot heel erg in onveiligheid, waardoor ik niet echt tot rust kwam en snel oververmoeid raakte. Maar ik had me voorgenomen om het zoveel mogelijk op mij te laten afkomen en de controle zoveel mogelijk los te laten.

Qua programma was er naar mijn mening veel aanbod voor een crisisafdeling: 4x per week ergotherapie, 3x per week beeldende (of creatieve) therapie, 3x per week PMT (psychomotorische therapie: 1x spel, 1x groepsopdracht en 1x fitness) en natuurlijk ook wel wat verbale sessies.

Hieronder kan je wat meer info zien over de gelijkenissen en verschillen tussen beeldende en ergotherapie:

Zelf had ik al behoorlijk wat wisselende ervaringen met beeldende therapie, waardoor er weerstand voor was. Zo werd ik ooit verplicht om mandala’s in te kleuren en kreeg ik een heleboel vragen waarom ik bepaalde kleuren gekozen had en werd ik daarop geanalyseerd. Terwijl ik die mandala’s eigenlijk niet eens wou inkleuren….  In de beeldende therapie wordt er elke sessie rond een opdracht gewerkt en dat vond ik wel een fijn concept. Je kon ook altijd verder werken aan je vorige opdracht als die niet afgewerkt was na 1 sessie, of vrij iets doen. Waar de therapeute ook heel duidelijk aan toevoegde: wel geen kleurplaten of mandala’s inkleuren, dat is niet de bedoeling. Het was bijna exact wat ik wou horen, dus die hindernis was genomen.  

In de ergotherapie was de aanpak dan weer totaal anders, met heel veel vrijheid. Geen opdrachten, maar zelf bepalen wat je wou doen en hoe je dat deed. De meeste anderen werkten wel rond een thema dat ze in samenspraak met de ergotherapeut hadden bepaald en waar ze vaak ook meerdere sessies mee aan de slag waren. Ik vond het fijn om die contrasten te hebben en daarbij te voelen dat die vrijheid me vaak deugd deed, maar soms ook wel moeilijk was.             

Beide sessies zijn dus totaal geen bezigheidstherapie.

Er waren ook sessies waarbij je (in groep) een signaleringsplan opstelt en er werd ook gewerkt met het KOP-model (Klachten/Omstandigheden/Persoonlijke Stijl) onder begeleiding van een psycholoog. Wekelijks was er ook een afspraak met de assistent-psychiater waarin onder andere medicatie en het verloop van het traject besproken werd.

De afdeling is momenteel wel bezig met het programma te hervormen, dus de komende maanden zal dit waarschijnlijk wel veranderen.

In het begin van de opname was er ook standaard een afspraak met de huisarts van het ziekenhuis, wat voor mij echt wel een meerwaarde was. Zij schreef me ook kine voor, waardoor ik tijdens mijn opname ook dat wekelijks deed (in het ziekenhuis zelf) en er ook heel veel deugd aan had.

Omdat ik zelf al vrij veel therapie gehad heb, vond ik het moeilijk om mijn weg erin te zoeken. Het is geen behandelafdeling, maar ik voelde wel dat er veel expertise zat binnen de afdeling. Ondanks dat het een grote afdeling is, vond ik wel dat ze veel moeite deden om binnen hun kader de aanpak zo persoonlijk mogelijk te maken. Ik had bijvoorbeeld al vrij snel aangegeven dat het mij deugd zou doen om naar een inloopmoment van ANBN te gaan, maar praktisch was dat moeilijk, omdat ik dan normaal gezien een sessie had. Ik heb dan toestemming gekregen om toch eens naar het inloophuis te gaan en daar heb ik ongelooflijk veel aan gehad.

Het hielp me ook wel met momenten om niet de druk van therapie te hebben en zelf te voelen waar ik nood aan had.

Qua eten was er op voorhand veel onzekerheid, omdat ik bijvoorbeeld veel moeite heb met soep en puree. Op dat vlak viel dat heel goed mee, omdat je als patiënt via een website voor een deel jouw menu kon bepalen. Zo kon ik soep bijvoorbeeld altijd schrappen en puree vervangen door gewone aardappelen. Bij de desserts was er vaak keuze tussen fruit of pudding, dus ook daar was er genoeg keuze en variatie. In de keuken staat er ook een frigo waarin je als patiënt jouw eigen eten kan zetten, zo kocht ik bijvoorbeeld mayonaise en cocktailsaus.

Waar ik het meest last van had, was de drukte in de keuken en vooral tijdens de lunch. Vaak zaten we er met een 20-tal mensen en dat was toch net iets te druk voor mij. Ik had sowieso al vaak last van overprikkeling, maar ’s middags schoot het vaak helemaal in het rood.

Maar het eetstoornismonstertje werd opeens veel groter door de oververmoeidheid, overprikkeling en het gebrek aan controle. Na zoveel jaren eetstoornis wist ik wel dat het voor mij heel erg om controle draaide, maar het was voor mij al heel lang geleden dat het voelde alsof ik veel te weinig controle had. En dus uitte zich dat ineens in een stemmetje dat mij toefluisterde om niet meer te eten. Ik had ook wel fysieke klachten (o.a. migraineaanvallen), waardoor eten soms wel al moeilijker liep en ik was aan het vermageren door gezondere voeding dan thuis en meer beweging. Dus ook door te vermageren, werd dat stemmetje luider. De overprikkeling ’s middags was dan ook een vrij grote trigger voor mij en als het eten dan toch niet helemaal mijn ding was, was het een hele opgave om toch iets te eten. Maar ik merkte het zelf wel op en ik gaf het ook wel aan dat ik ermee worstelde. Als het eten echt de hoofdproblematiek is, is deze afdeling niet de juiste plek, maar zelf vond ik het dan wel weer goed om minder verantwoordelijkheid (denk maar aan boodschappen doen en koken) te hebben en dat hielp zeker wel.

Ondertussen is de diagnostiek aan de gang (misschien volgt daar ook nog wel een blogbericht over) en dan wordt het nog uitzoeken hoe het verder moet. Stapje per stapje…

*Dit bericht werd geschreven in overleg met de afdeling, hun contactgegevens vind je hier: Persoonlijkheidsstoornissen – diagnostiek en kortdurende behandeling | Universitair Psychiatrisch Centrum KU Leuven (upckuleuven.be)*



Plaats een reactie